Woordenboek nieuw pensioen

Wet toekomst pensioenen

In 2019 maakten werkgevers, werknemers en de overheid nieuwe afspraken over pensioen in Nederland. Deze afspraken legden zij vast in het Pensioenakkoord. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid werkte deze afspraken uit in een voorstel voor een nieuwe wet. Dit is de Wet toekomst pensioenen. Deze wet gaat op 1 juli 2023 in.

Nieuw pensioenstelsel

We krijgen in Nederland nieuwe regels voor pensioen. De overheid, werkgevers en werknemers zien namelijk dat de huidige regels niet goed meer werken. Ze zijn verouderd. Zo leven we bijvoorbeeld langer dan vroeger en wisselen we vaker van baan. Ook is het nu niet altijd duidelijk hoeveel we betalen voor ons pensioen. Dit verandert met de nieuwe regels voor ons pensioenstelsel. De nieuwe regels staan in de Wet toekomst pensioenen. Alle pensioenen moeten hier vanaf 1 januari 2028 aan voldoen. Ook uw pensioen verandert hierdoor. De eerste stap is dat werkgevers en werknemers samen besluiten hoe uw nieuwe pensioen eruit komt te zien. Zij kunnen kiezen tussen een flexibele premieregeling of een solidaire premieregeling.

Sociale partners

Werkgevers en werknemers maken met elkaar afspraken over pensioen en andere arbeidsvoorwaarden. We noemen hen de sociale partners in Nederland. Werkgevers werken hierbij samen binnen werkgeversorganisaties zoals bijvoorbeeld VNO-NCW of MKB-Nederland. Werknemers verenigen zich in vakbonden zoals bijvoorbeeld FNV en CNV. Een werkgever kan ook afspraken maken met zijn werknemers via de ondernemingsraad (OR) van een organisatie.

Solidaire premieregeling

Dit is een van de twee mogelijke regelingen binnen de nieuwe regels voor pensioen. Werkgevers en werknemers kiezen samen welke regeling zij willen. De belangrijkste kenmerken van de solidaire premieregeling zijn:

  1. Samen met de andere deelnemers bouwt u een vermogen op. Een deel van dit vermogen is voor uw pensioen bestemd
  2. Als u met pensioen gaat, dan zet u uw deel van het vermogen om in een pensioen
  3. Mee- en tegenvallers vangt u samen met andere deelnemers op via een gezamenlijke spaarpot. Dit is de buffer of solidariteitsreserve
  4. Er is één beleggingsbeleid voor alle deelnemers. Van tevoren spreken we af hoe we de rendementen eerlijk verdelen over alle deelnemers
  5. Als u met pensioen gaat, dan krijgt u een uitkering die met de economie meebeweegt. Als het goed gaat, is uw uitkering hoger. Gaat het minder, dan kan uw uitkering dalen.

Flexibele premieregeling

Dit is een van de twee mogelijke regelingen binnen de nieuwe regels voor pensioen. Werkgevers en werknemers kiezen samen welke regeling zij willen. De belangrijkste kenmerken van de flexibele premieregeling zijn:

  1. U bouwt een persoonlijke pensioenpot op
  2. Als u met pensioen gaat, dan zet u dit kapitaal om in een pensioen.
  3. U kiest zelf hoe u uw inleg wilt beleggen, binnen de keuzes van uw regeling
  4. Het is mogelijk om sommige risico’s samen met andere deelnemers op te vangen. Dit zijn bijvoorbeeld langdurige ziekte of prijsstijgingen.
  5. Als u met pensioen gaat, dan kunt u kiezen wat u wilt: een vaste uitkering of een uitkering die met de economie meebeweegt.

Invaren

Invaren is een woord dat we gebruiken bij de nieuwe regels voor pensioen. Het betekent dat we de pensioenuitkeringen en de tot nu toe opgebouwde pensioenen óók omzetten naar pensioen binnen de nieuwe regels. Zo blijven de ‘oude’ en de ‘nieuwe’ pensioenen in één pot bij elkaar. We rekenen het ‘oude’ pensioen dan om naar ‘nieuw’ pensioen, onder de nieuwe regels. Het is niet verplicht. De ‘oude’ pensioenen kunnen ook blijven staan onder de afspraken van nu. Werkgevers en werknemers besluiten samen of zij dit willen.

Kapitaal

Bij de nieuwe regels voor pensioen groeit uw pensioenpot doordat u samen met uw werkgever geld inlegt. Ook beweegt de pot mee met winsten of verliezen op de beleggingen. Deze pensioenpot noemen we ook wel het kapitaal. Dit is het totale bedrag dat voor uw pensioen gespaard wordt. Als u met pensioen gaat, dan zetten we het bedrag om in een (bijvoorbeeld maandelijkse) pensioenuitkering. Het woord vermogen komt hier ook wel eens voor.

Vermogen

Dit woord komt voor bij de solidaire premieregeling. Hier bouwt u samen met de andere deelnemers een gezamenlijke pot met geld op. Dit is het vermogen. Dit groeit doordat u, uw werkgever en de andere deelnemers geld inleggen voor het pensioen. Ook kan het groeien door winst op de beleggingen. Een deel van dit vermogen is voor uw eigen pensioen bedoeld. Het woord kapitaal komt hier ook wel eens voor.

Beleggingsmix

Er zijn veel verschillende soorten beleggingen. Dit zijn bijvoorbeeld aandelen of obligaties. De combinatie van verschillende soorten beleggingen is een beleggingsmix. De kenmerken van de beleggingen en de totale mix leveren meer of juist minder risico op.

Beleggingsprofiel

Dit is de manier waarop voor u wordt belegd. Het heet ook wel risicoprofiel. Het zegt iets over hoeveel risico men neemt met het beleggen voor uw pensioen. Er zijn verschillende soorten. Dit zijn bijvoorbeeld offensief (meer risico) of defensief (zo min mogelijk risico).

Risicohouding

We nemen risico als we beleggen. Dat doen we omdat we verwachten dat het voor u uiteindelijk meer pensioen oplevert. We denken goed na over hoeveel risico we voor u nemen. De risicohouding zegt iets over hoeveel risico wij kunnen en willen nemen om uw pensioen op te bouwen.

Risicopreferentieonderzoek

Om erachter te komen wat u belangrijk vindt voerden wij onderzoek uit. Daarin vroegen wij u hoe wij met het geld voor uw pensioen moeten omgaan. Dit is het risicopreferentieonderzoek. De uitslagen van dit onderzoek zijn inmiddels bekend. Pensioenfondsen moeten zo’n onderzoek elke vijf jaar uitvoeren.

Offensief

Met beleggingen kunnen wij meer of minder risico nemen. Als we meer risico nemen, hebben we vaak ook meer kans op winst. Maar het kan ook verlies opleveren. Dit heet offensief beleggen. Het pensioen dat u kunt verwachten gaat daardoor omhoog. Maar het kan ook lager uitvallen. Op deze manier beleggen kan aantrekkelijk zijn als er voor een langere periode belegd kan worden.

Defensief

Met defensief beleggen nemen we minder risico met beleggen. Uw pensioen valt waarschijnlijk ook wat lager uit. Hier staat tegenover dat het pensioen dat u kunt verwachten minder schommelt. Op deze manier beleggen kan aantrekkelijk zijn als er voor een kortere periode belegd wordt.

Evenwichtige belangenafweging

De besluiten van een pensioenfonds raken verschillende groepen deelnemers. Zoals bijvoorbeeld de jongere en oudere deelnemers en de mensen die nu pensioen ontvangen. Van de wet moet het fonds bij elk besluit ervoor zorgen dat de belangen van álle groepen met elkaar in balans zijn. Ook moet het fonds bij elk besluit opschrijven hoe het met de belangen van elke groep omgaat.

Buffer of reserve

In de nieuwe regels voor pensioen kunnen werkgevers en werknemers kiezen voor de solidaire premieregeling. Daarbij hebben deelnemers een aandeel in het gezamenlijke vermogen. Ook is er een buffer. Dit heet ook wel solidariteitsreserve. Deze buffer helpt bij het opvangen van financiële tegenvallers of andere risico’s. De buffer groeit door de inleg en/of uit de winsten op beleggingen.

Werkgevers en werknemers kunnen ook kiezen voor de flexibele premieregeling. Daarbij is het ook mogelijk om samen sommige tegenvallers op te vangen. Bijvoorbeeld bij prijsstijgingen. Hiervoor zet het fonds dan geld opzij in de risicodelingsreserve. Dit gebeurt alleen als werkgevers en werknemers hiervoor kiezen.